Tussen 1000-1300 moet het Plateau van Margraten vanuit Geul- en Gulpdal zijn ontgonnen. Sibbe en IJzeren vanuit Oud-Valkenburg. Omstreeks 1300 hebben de bossen plaats gemaakt voor bouwland. Aan het begin van de 14e eeuw zijn de meeste Sibbenaren wellicht afkomstig uit Oud-Valkenburg.
Rond 1050 wordt met de bouw van het oorspronkelijk zaalkerkje van Oud-Valkenburg begonnen. De toewijding aan Joannes de Doper wijst op een hoge ouderdom van de parochie. De kastelen Genhoes en Chaloen in de onmiddellijke nabijheid doen vermoeden wie de oorspronkelijke bouwheren waren. De inwoners van Sibbe moeten eeuwenlang in Oud-Valkenburg ter kerke.
In een oorkonde van 1307 duikt de naam Sibbe (in de oudere schrijfwijze Cybde) voor het eerst op. Van Cybde via Cypde (1316), Sypde (1352), Sibde, Subde, Subbe, etc. ontstaat Sibbe?
In 1381 wordt het Sibberhuis (Sibberhuuske, Huize Sibbe of Villartshof) voor het eerst schriftelijk genoemd. Al meer dan 600 jaar ligt dus (een gedeelte van) deze statige gesloten herenhoeve aan de rand van het dorp Sibbe richting Vilt. Het Sibberhuis dateert in zijn huidige vorm uit de 17e – 18e eeuw en omvat een uit baksteen met speklagen en mergelblokken gebouwd herenhuis met hoeve.
Vanaf de 17e eeuw wordt er in Sibbe mergel gewonnen (“blokbreken”). De Sibbergroeve is feitelijk de enige groeve in Sibbe-IJzeren die na 1926 nog in exploitatie is.
Henrikus le Damoiseau is pachter van de Smitserhof te IJzeren in zijn eerste huwelijk met Margaretha Malveau. Henrikus trouwt vervolgens met Maria Grandjean, die op de Smitserhof overlijdt in 1715. In 1716 hertrouwt Henrikus met Johanna Delnoye. Deze vrouw ontvalt hem op 7 oktober 1747. Henrikus zelf overlijdt op hoge leeftijd op de pachthoeve van baron de Selis, de Hellinxhof, die de familie Damoiseaux lange tijd pacht vanaf rond 1730. Hoeve de Hellinxhof aan de St.-Rosastraat is thans boerderij, woonhuis en bedrijfsgebouw van Camping De Linde. Het oudste gedeelte van de hof dateert uit ca 1700. De Smitserhof lag langs de Limietstraat te IJzeren. Mogelijk is een van de huidige boerderijen daaruit voortgekomen.
De inwoners van Sibbe willen in de tweede helft van de 18e eeuw – gesteund door de pastoor van Oud-Valkenburg Mathias Damoiseaux (1729-1810) – in hun eigen dorp een nieuwe kerk bouwen omdat de kerk in Oud-Valkenburg in verval is geraakt.
De kerk van Oud-Valkenburg wordt in 1779 wegens bouwvalligheid door pastoor Damoiseaux gesloten, deels afgebroken en provisorisch hersteld. De kern van de parochie wordt min of meer naar Sibbe verplaatst. In welke schuur of dergelijk Pastoor Damoiseaux vanaf dat moment in Sibbe de Mis leest is niet bekend. Nergens blijkt dat Sibbe vóór 1800 een kapel heeft. Het kerkbestuur van Oud-Valkenburg voorkomt trouwens dat kerkbanken, etc. naar Sibbe verhuizen.
In bestuurlijk opzicht is Sibbe eeuwenlang een deel geweest van de Heerlijkheid Oud-Valkenburg. In de Franse tijd is het dorp een deel van het Kanton Valkenburg.
Bij de Volkstelling in 1796 wonen in Sibbe 167 mensen ouder dan 12 jaar in 48 huizen en boerderijen; in IJzeren 92 mensen ouder dan 12 jaar in 21 huizen en boerderijen.
Oud-Valkenburg wordt in 1800 een zelfstandige burgerlijke gemeente en Sibbe gaat daar deel van uitmaken. P.J. Vanderhouwen wordt de eerste maire. Na hem wordt Th. Cornips in 1804 burgemeester. Hij is de eerste burgemeester nieuwe stijl die in Sibbe woont.
Nadat in 1842 opnieuw een ontwerp voor een eigen kerk in Sibbe, ditmaal van Jean Dumoulin uit Maastricht, als te duur terzijde is geschoven, wordt er een jaar later een kapel / zaalkerkje, toegewijd aan de H. Rosa van Lima, gerealiseerd. Praktisch elke inwoner van Sibbe leverde rond 1844 met geldelijke steun en/of door middel van hand- en spandiensten zijn bijdrage aan de bouw.
Het gemeentehuis van Oud-Valkenburg stond overigens in Sibbe! Het stond ongeveer op de plek waar jaarlijks de St.-Rosaden geplaatst wordt. De grond waarop zowel de school, de onderwijzerswoning en het gemeentehuis zijn gebouwd wordt op 17 januari 1863 gekocht van de rentenier J. van Melsen uit Maastricht. Zeer waarschijnlijk is het gemeentehuis net vóór of net na de openbare lagere school gebouwd.
Ondanks het feit dat het overgrote deel van de kinderen in Sibbe-IJzeren woonde, verzetten de inwoners van Oud-Valkenburg zich (onder leiding van Baron de Pelser Berensberg) lange tijd hevig tegen de bouw van een school in Sibbe. Pas in 1864-1865 wordt de openbare school (vier lokalen met onderwijzerswoning) gerealiseerd achter het gemeentehuis op de plek waar nu Gemeenschapshuis De Blokhut ligt.
In 1865 vindt men Romeinse grafurnen in Sibbe-IJzeren en legt men overblijfselen van Romeinse landhuizen bloot. De toren van de St.-Rosa kerk te Sibbe komt in 1866 gereed. In 1869 schenkt Maximiliaan Damoiseaux een perceel grond aan de gemeente Oud-Valkenburg voor een algemene begraafplaats voor Sibbe en IJzeren. Op 30 november 1870 wordt de – inmiddels ommuurde – begraafplaats ingezegend door de pastoor van Oud-Valkenburg.
Ten gevolge van blikseminslag op 5 juni 1890 moet de hele torenspits van de St.-Rosa kerk te Sibbe vernieuwd worden.
Rond 1890 telt Sibbe ruim 360 inwoners in bijna 80 huizen en boerderijen; IJzeren telt bijna 200 inwoners in 40 huizen en boerderijen. Bron: Sibbe en IJzeren, een verbond door de eeuwen heen.
Vanaf de jaren 1920 vindt particuliere woningbouw plaats langs alle straten van Sibbe.
In 1922 komt er eerst elektriciteit in Sibbe en vervolgens in IJzeren.
In 1927 vindt een al lang noodzakelijke uitbreiding van de St.-Rosa kerk plaats o.l.v. architect Beurskens uit Sittard. Het is nu een driebeukige, kruisvormige kerk, gebouwd uit gezaagde mergelblokken. Het tongewelf van het schip is in hout en geschilderd als een blauw firmament met de noordelijke sterrenhemel, inclusief de Melkweg. De kerk is rijk versierd met glas-in-loodramen, beelden en muurschilderingen.
Op 1 januari 1928 neemt het RK Kerkbestuur de openbare school over van de Gemeente Oud-Valkenburg en wordt het een RK school voor gewoon lager onderwijs.
Rond 1930 telt Sibbe 516 inwoners in ca. 100 huizen en boerderijen; IJzeren telt 212 inwoners in 42 huizen en boerderijen. Bron: Sibbe en IJzeren, een verbond door de eeuwen heen.
In 1935 wordt een nieuwe veldwachterwoning met cachot gebouwd aan de Gatseweg, thans het pand Sibberkerkstraat 60.
Op 10 mei 1940 begint ook voor Sibbe en IJzeren de Tweede Wereldoorlog. Sibbe blijft tot 30 september 1940 tot de gemeente Oud-Valkenburg horen en wordt daarna samen met Oud-Valkenburg deel van de gemeente Valkenburg-Houthem. Op 17 september 1944 is Valkenburg-Houthem helemaal bevrijd. Sibbe en IJzeren krijgen hun vrijheid terug. Op 12 maart 1945 stort een Amerikaanse bommenwerper neer nabij Sibbe. De negen bemanningsleden sprongen eerder uit het vliegtuig en overleefden de crash. Op 21 april 1995 is deze gebeurtenis herdacht en enkele bemanningsleden uit 1945 waren daarbij aanwezig.
De eenvoudige rectoraatskerk wordt op 10 juli 1948 verheven tot parochiekerk en is inmiddels een rijksmonument. In 1947-1948 wordt het vroegere gemeentehuis ingericht als bewaar-/kleuterschool op de benedenverdieping en als Groene Kruisgebouw op de bovenetage.
Het heeft tot de jaren zestig van de 20e eeuw geduurd voor het toerisme ook in Sibbe van belang werd. Mooie landelijke plekjes, fraaie panorama’s, natuurschoon, etc. waren er al, en een aantal familiepensions en een camping kwamen er.
In de jaren 1960-1980 vindt bebouwing van de Beckerswei en andere huisweiden plaats. In 1966 wordt de huidige school aan de Schoolstraat te Sibbe gebouwd en per 1 januari 1967 verhuist de H. Hartschool daarheen. Bij de gemeentelijke herindeling op 1 januari 1982 in Zuid-Limburg wordt de naam Valkenburg-Houthem vervangen door Valkenburg aan de Geul.
In 2010 tellen Sibbe-IJzeren ca 1400 inwoners in ca. 600 woningen.